Kun je jezelf even voorstellen?
Zeker! Mijn naam is Coron van den Hout, ik ben 56 jaar, getrouwd en vader van drie kinderen. Samen met mijn vrouw heb ik een gangbaar melkvee bedrijf met 200 melkkoeien, 100 stuks jongvee en 103 hectare land. Op dit land verbouwen we voornamelijk kruidenrijk gras, maar ook snijmais en veldbonen met tarwe. Mijn jongste zoon van 18 wil graag verder met dit bedrijf, hij loopt momenteel stage bij een biologische akkerbouwer. Het is mooi om te zien dat hij dezelfde passie heeft voor landbouw als ik.
Wat motiveerde jou om te kiezen voor (deels) natuurinclusieve landbouw?
Door de jaren heen ben ik steeds meer geïnteresseerd geraakt in het opbouwen van een gezonde bodem. Ik kwam in contact met mensen die op dezelfde manier denken. Ik heb geleerd dat kunstmest meer kwaad doet dan goed voor de bodem, met een gezonde bodem moet je ook zonder kunnen. Ook wilde ik helemaal af van bestrijdingsmiddelen, mede door mijn zoon. Vanuit mijn streven naar een gezonde bodem ben ik veldbonen en gras-kruidenmengsels gaan telen en probeer ik zo min mogelijk bestrijdingsmiddelen te gebruiken. De veldbonen zijn de recentste toevoeging. Het is een leerproces maar ik zie nu de voordelen voor zowel de bodem als de biodiversiteit op ons land.
Welke methoden en technieken gebruik je om biodiversiteit op jouw boerderij te vergroten?
Ik heb een sterke voorkeur voor mengteelt omdat verschillende planten elkaar kunnen helpen bij de voedselvoorziening en met de bodem gezond houden. We zaaien groenbemesters onder de mais en telen veldbonen als mengteelt om de biodiversiteit te vergroten. Daarnaast hebben we bloemenstroken aangelegd tussen de rijen fruitbomen om natuurlijke vijanden van plagen aan te trekken zoals het lieveheersbeestje. Dit helpt om de plaagdruk te verminderen zonder chemische middelen te gebruiken.
Wat zijn de grootste uitdagingen in natuurinclusieve landbouw?
Een goede bodemstructuur behouden zonder diepe grondbewerking is lastig, vooral bij het telen van mais. Ook het behouden van een divers kruidenbestand in grasland is een uitdaging. Daarnaast hebben we veel overlast van ganzen, die het grasland beschadigen. Het is een constante balans tussen het beschermen van de gewassen en het behouden van de biodiversiteit.
Betrek je je omgeving bij je natuurinclusieve initiatieven?
Niet echt, we verkopen melk aan huis via een melktap, wat wel consumenten aantrekt. Mensen mogen altijd komen kijken, maar we hebben nog geen specifieke activiteiten georganiseerd om de gemeenschap bij ons bedrijf te betrekken. Misschien is dat iets voor in de toekomst, om meer bewustzijn te creëren voor (natuurinclusieve) landbouw.
Kan je voorbeelden geven van positieve impact die je hebt gezien als gevolg van het starten met natuurinclusieve landbouw?
We zien meer wormen in de bodem en een betere draagkracht van het land. Dit jaar zijn we begonnen met het mengen van natuurmaaisel met drijfmest om de bodemvruchtbaarheid te verbeteren. Deze veranderingen hebben niet alleen de gezondheid van onze bodem verbeterd maar ook de productiviteit van de gewassen verhoogd. Er zijn ook veel dieren op het erf te vinden, zo zien we fazanten, hazen en verschillende vogels. Heel af en toe is er zelfs een ree te zien. Deze dieren profiteren van de toegenomen biodiversiteit.
Hoe zie je de toekomst van jouw bedrijf en natuurinclusieve landbouw voor je en welke ontwikkelingen hoop je te zien?
Ik zie een toekomst zonder kunstmest en minimale bestrijdingsmiddelen wel zitten. Of we ooit biologisch worden hangt af van mijn zoon en van de markt. Voor nu blijven we op deze weg door gaan. Het is belangrijk om flexibel te blijven en te blijven leren van nieuwe technieken en inzichten.
Welke ondersteuning zou jou en andere natuurinclusieve boeren helpen om te groeien en verder te ontwikkelen?
Meer subsidies voor natuurinclusieve landbouw zouden helpen. Ook bonussen voor lage CO2 footprints en stikstokoverschotten via de melkprijs zijn nuttig, maar vaak helaas nog niet voldoende om grote stappen te maken. Het zou ook helpen als er meer kennis en middelen beschikbaar zouden zijn om boeren te ondersteunen in de overgang naar duurzamere praktijken.
Lees andere verhalen uit het veld