Resultaten gewasdiversiteit in de Zeeuwse akkerbouw en melkveehouderij
In de afgelopen twee jaar zijn er verschillende maatregelen getest zoals strokenteelt, mengteelten, mengen van rassen, verhoogde graanstoppels, maaibeleid, alarmsystemen voor wild, en alternatieve teelten ten behoeve van biodiversiteit. Hiermee hebben we op een meer praktijkgerichte manier geëxperimenteerd aan het begrip ‘natuurinclusieve landbouw’ in de Zeeuwse akkerbouw en melkveehouderij.
Veldboon en tarwe; een sterke combinatie
In de akkerbouw blijkt het toepassen van een mengteelt een goede aanvulling te zijn op het bouwplan. Een voorbeeld hiervan is de combinatie veldboon met tarwe. De tarwe profiteert van de stikstofvastlegging in de bodem door de veldboon en de biodiversiteit neemt toe d.m.v. de combinatie van een bloeiend en niet-bloeiend gewas. Ook het mengen van rassen van bijvoorbeeld tarwe of suikerbieten kan bijdragen aan een hogere gewasgezondheid. Wanneer gekozen wordt voor een combinatie van de juiste rassen kan dit resulteren in bijvoorbeeld een betere bladschimmelbeheersing. Ook het telen van diverse gewassen in stroken op een perceel verhoogt de gewasdiversiteit. Dit creëert meer en betere schuilplaatsen voor natuurlijke vijanden, waardoor bijvoorbeeld de chemische bestrijding van bladluizen in suikerbieten een stuk teruggeschroefd kan worden. In sommige gevallen kan het echter ook de populatie plaaginsecten verhogen, dus de juiste gewascombinaties kiezen vraagt nog extra onderzoek.
Mozaikbeheer sleutel voor melkveehouderij
In de melkveehouderij is mozaiekbeheer het kernwoord. Door percelen op verschillende tijdstippen te maaien/weiden, ontstaat er een mozaïek van verschillende vegetatiefasen. Dit ondersteunt de biodiversiteit en de weidevogels. Ook het gebruik van een kleine maaier zonder kneuzer, een wildredder en maaien van binnen naar buiten, vergroot de overlevingskansen van aanwezige kuikens van weidevogels flink. Tenslotte bevordert ook het inzaaien van een kruidenrijk grasmengsel met cichorei, smalle weegbree, klaver (wit en rood) i.p.v. raaigras de biodiversiteit op het bedrijf. Bovendien kan het kruidenrijke gras prima concurreren met gangbaar gras.
Wat levert gewasdiversiteit en strokenteelt nu concreet op voor de natuur?
In diverse regio’s op Schouwen-Duiveland, Noord-Beveland (Rusthoeve), Zuid-Beveland en Walcheren liggen percelen waarop in stroken wordt geteeld. De afgelopen vijf jaar is er bijgehouden hoeveel akker- en weidevogels voorkwamen op strokenteeltpercelen in vergelijking met percelen zonder strokenteelt. In Zeeland zijn de effecten van strokenteelt voorzichtig positief. Landelijk gezien is er veel variatie te zien in de resultaten. Dit komt door factoren uit de directe omgeving zoals verstoring, predatie, gewaskeuze, intensief versus extensief beheer en aan- of afwezigheid van landschapselementen. De resultaten m.b.t. de gewasdiversiteitsmaatregelen leren ons dat hogere variatie in gewassen, positief van invloed zijn op aanwezige akker- en weidevogels. Ook de gewaskeuze lijkt een directe invloed te hebben op de soorten binnen een strokenteelt perceel.
Teler en natuur werken samen
De beeldvorming doet ons soms geloven dat natuur en landbouw tegenover elkaar staan. Maar in dit project staat juist de samenwerking tussen teler en natuur voorop. Hoe kan je een toekomstbestendig duurzaam landbouwsysteem ontwikkelen waarin er winst is voor landbouw én natuur. Vanuit ieders expertise werken hieraan samen: Zeeuws Agrarisch Jongeren Kontakt, Agrarisch Innovatie en Kenniscentrum Rusthoeve, Stichting Het Zeeuwse Landschap, ZMf, Delphy en DLV Advies.
Financiële ondersteuning
Het project ‘Op weg naar meer biodiversiteit door gewasdiversiteit in Zeeland’ wordt mede gefinancierd door Provincie Zeeland en het Programma voor Plattelandsontwikkeling voor Nederland (POP3). Dit programma ontvangt een financiële bijdrage uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO): Europa investeert in zijn platteland.
Tags: